
Monumentale wachthuisjes
De twee monumentale wachthuisjes op perron 3 en 4 van station Nijmegen worden de komende periode gedemonteerd. Door de aanleg van de nieuwe reizigerstunnel en de nieuwe opgangen naar de perrons kunnen deze wachthuisjes niet op de huidige locatie blijven staan. Maar goed nieuws, ze komen terug én krijgen hun oorspronkelijke functie als wachtruimte weer terug. Caroline Versteden (architect bij Office Winhov) en Jitse de Hoogh (restauratie-architect bij Arcadis) vertellen er meer over.
Geschiedenis wachthuisjes
De wachthuisjes op perron 3-4, ontworpen door Rijksbouwmeester C.H. Peters in 1890, waren oorspronkelijk deel van een reeks gebouwtjes op het perron. De vormgeving sloot aan op die van het stationsgebouw, ook van C.H. Peters. Naast twee wachtverblijven stond er een dienstgebouw en een ‘privaat’ gebouw (toilet). De laatste twee verdwenen in de tijd, maar de wachthuisjes bleven. In het noordelijke huisje bevond zich ‘Wachtkamer 3e klasse’, in het zuidelijke huisje ‘Wachtkamer 1e en 2e klasse’.
Rond de Tweede Wereldoorlog verdween de functie van wachtruimte en kregen ze de bestemming van dienstgebouw. De jaren erna is er het nodige aangepast aan de buiten- en binnenkant. Niet altijd ten goede. Zo is er van het oorspronkelijke interieur weinig meer over en zijn de oorspronkelijke 19-eeuwse voorgevels beschadigd door onjuist onderhoud.



Behoud historische waarde
Toch zorgen de 19-eeuwse gevels, de kozijnen en de indeling van de gevels ervoor dat we de wachthuisjes willen behouden. Bovendien past het goed bij de monumentale perronkap. Het is een fysieke herinnering aan de 19-eeuwse spoorcultuur. Ze overleefden het bombardement in de Tweede Wereldoorlog en zijn in de daaropvolgende heropbouw van het stationsgebouw ook gespaard gebleven.
Caroline vertelt: “Office Winhov heeft in samenwerking met Arcadis het architectonische ontwerp gemaakt voor de nieuwe westentree, reizigerstunnel, opgangen, perrons en perronkappen, zowel de nieuwe als de monumentale die we gaan renoveren. Daarbij is het behoud van cultuurhistorische waarde een belangrijk onderwerp. We hebben samen met de betrokken partijen een strategie bedacht hoe we de huisjes konden behouden en hun oorspronkelijke functie van wachtruimte konden teruggeven. We hebben vervolgens onze opdrachtgever ProRail kunnen overtuigen om hierin te investeren. We willen daarmee ook pionier zijn voor hoe we in de toekomst omgaan met de historische waarde van het station aan de centrumzijde.”
Duurzaamheid en vakmanschap
Jitse: “Nijmegenaren zijn erg gesteld op de geschiedenis van de stad. Het station is daar onderdeel van. De herbestemming als wachthuisjes past bij de historische waarde van de gebouwen. Daarnaast zijn duurzaamheid en behoud van vakmanschap belangrijke redenen. Daar waar we kunnen hergebruiken we de oorspronkelijke materialen. Door de wachthuisjes weer ambachtelijk op te bouwen, geven we de markt gelegenheid om met vakmanschap te bouwen.”
Demontage en opbouw
De wachthuisjes gaan wel verhuizen. Eén gaat naar de noordzijde van perron 3-4, de ander aan de zuidzijde. Jitse: “Het liefst hadden we ze in hun geheel verplaatst. Met een kraan oppakken en op hun nieuw plek neerzetten, bij wijze van spreken. Na uitgebreid onderzoek bleek dit technisch niet mogelijk. Daarom gaat restauratieaannemer Nico de Bon, onderaannemer van Dura Vermeer, de huisjes steen voor steen demonteren en opnieuw opbouwen. Uitgangspunt is daarbij dus dat er zoveel mogelijk historisch materiaal wordt hergebruikt.”
Caroline: “Op basis van de Cultuurhistorische Waardestelling station Nijmegen door Steenhuis Meurs (2012), het bouwhistorisch onderzoek door BAAC (2021) en eigen historisch onderzoek hebben we best veel kunnen achterhalen. We weten grotendeels welk materiaal er hergebruikt kan worden. Denk aan de horizontale (nu gele) banden en decoratieve elementen in de gevel en de oorspronkelijke kozijnen. Met het demonteren komt pas de echte geschiedenis naar boven.”
Jitse vult aan: “Bij de ontmanteling van de binnenkant kwam bijvoorbeeld een hele mooie kooflijst tevoorschijn. Dat geeft een beeld van de oorspronkelijke inrichting en details. Daar word ik als restauratie-architect blij van.” Caroline haakt in: “Ik dacht ‘Yes’ toen ik het zag. Het geeft een idee hoe het vroegere gebruik geweest is en inspireert ons om de huisjes zoveel mogelijk in de oorspronkelijke staat terug te brengen.” Jitse: “We zorgen dat straks de details weer te zien zijn en het prachtige en comfortabele wachtruimtes worden.”




Onderzoek
Nu er steen voor steen gedemonteerd wordt, kan ook verder onderzoek gedaan worden. Denk aan het vinden van de oorspronkelijke kleuren die gebruikt zijn in de huisjes. Nu kan ook pas echt beoordeeld worden wat nog bruikbaar is en wat niet. Caroline: “We hebben veel aannames gedaan, die kunnen we nu verifiëren. Als onderdelen gedemonteerd zijn worden deze gelabeld en gedigitaliseerd, zodat de puzzel uiteindelijk weer in elkaar kan worden gezet.”
Jitse: “We weten al dat we de bestaande bakstenen van de gevels niet kunnen hergebruiken. Daarvoor worden nieuwe stenen gemaakt die zoveel mogelijk lijken op de bestaande. Dit gebeurt in een steenfabriek in de buurt van Nijmegen. Het metselwerk gaat op traditionele en ambachtelijke wijze gebeuren, hiervoor worden proefstukken gemaakt. Deze stukken beoordelen we samen met deskundigen van betrokken partijen.”
Carolien: “Gelukkig zag Dura Vermeer ook het belang van zorgvuldig historisch onderzoek. Ze hebben er prioriteit aan gegeven door het naar voren te halen in de planning. Daardoor is er meer tijd om onderzoek uit te voeren. We hebben allemaal dezelfde ambitie, dat is fijn.”
Demontage van de wachthuisjes vindt plaats van half augustus tot en met oktober 2025. Eind 2028 krijgen de huisjes hun nieuwe plek. Weten wat we nog meer doen in het project PHS Nijmegen? Lees hier meer.
Deze reportage is gepubliceerd op: 28 augustus 2025