Bijeenkomst over het spoor tussen Den Haag en Dordrecht

Plannen

ProRail onderzoekt de aanleg van vier nieuwe stations: Schiedam Kethel, RijswijkBuiten, Rotterdam Van Nelle en Dordrecht Leerpark. Ook onderzoekt ProRail de aanleg van twee extra sporen tussen Schiedam Centrum en Delft Campus. Deze zijn nodig om op het drukke spoornetwerk treinen te kunnen laten stoppen bij station Schiedam Kethel en Rotterdam Van Nelle.

Inwoners en reizigers kunnen zo gemakkelijker gebruik maken van duurzaam treinvervoer in plaats van in de auto stappen. Dit project valt onder de MIRT-verkenning  Oude Lijn, project ‘City-Sprinter en Nieuwe Stations’ en bevindt zich momenteel in de beoordelingsfase.

Samen met omgeving

Dit werk doen we niet alleen. In de afgelopen analytische fase van de MIRT-verkenning heeft ProRail alle mogelijke oplossingen voor nieuwe stations en meer treinen in beeld gebracht. Dit deden we samen met bewoners, bedrijven, gemeenten en belangenverenigingen. In de Notitie Kansrijke Oplossingen (NKO) staat onder meer wat is afgevallen en waarom we doorgaan met de overgebleven kansrijke oplossingen. In december 2024 is de NKO vastgesteld door de opdrachtgevers. Daarmee is de analytische fase afgesloten.

Momenteel zitten we in de beoordelingsfase. In deze fase onderzoeken we de kansrijke oplossingen nog dieper. We doen verder technisch onderzoek en we brengen de milieueffecten in kaart. We onderzoeken wanneer en op welke locatie een nieuw station het beste kan komen.

Participatiebijeenkomst

Ook in deze fase nodigen we jou graag uit om met ons mee te denken. Kom naar de online participatiebijeenkomst:  

We blikken kort terug op de analytische fase: wat is afgevallen of voorlopig niet nodig? Ook kijken we vooruit: wat gaan we de komende maanden doen en wanneer worden er keuzes gemaakt? Verder geven we een toelichting op het milieuonderzoek voor de planologische procedure. Je krijgt alle ruimte om jouw vragen te stellen en adviezen mee te geven.

Formele zienswijze indienen

Voor de opening van de nieuwe stations en de twee extra sporen moeten we onderzoeken en aantonen wat de effecten hiervan op het milieu zijn. Hiervoor moeten we een Milieu Effect Rapportage (MER) opstellen. Voor de opening van de nieuwe stations en de twee extra sporen brengen we de effecten op het milieu in beeld. Dit rapporteren we in een zogenaamde Milieu Effect Rapportage (MER). Dit wordt meegewogen in de besluitvorming over de keuze of, wanneer en op welke locatie een nieuw station het beste kan komen.

Een Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) vormt de eerste stap voor het maken van een milieueffectrapport. Op 20 en 22 mei vertellen wij jou hier meer over. Op deze NRD kan jij reageren door ‘een zienswijze in te dienen’. Je kan daarin bijvoorbeeld aangeven als je denkt dat we iets vergeten te onderzoeken of iets anders over het hoofd zien. Van 7 mei tot en met 17 juni kan jij jouw zienswijze indienen.